Snap
  • Mama
  • Babyspullen

Even gluren bij de buren

Het thema buren roept bij mij emoties en herinneringen op die niet meteen voor de hand liggen als je denkt aan buren. Ik denk aan poezen.

Buren

Het thema is buren bij de kleuters waar ik werk. Binnenkort gaan de kinderen naar een voorstelling in de Krakeling, het jeugdtheater in Amsterdam, vlakbij school. Ik ben er vaak geweest met diverse scholen. Altijd heel leuk en ook altijd heel educatief. Zeker omdat er ook een les op school is door iemand van het theater. “Waar denk je aan bij het woord buren?” vraagt de juf. Het eerste wat in me op komt zijn poezen. De poezen van Martijn, die boven op de kast klommen. Ik zie ze nog zo voor me, net als Martijn.

Poesjes

Ondanks dat het nu twee jaar geleden is, blijven er nog veel momenten dat ik aan hem denk. En dat ik verdrietig ben. Waarom eigenlijk? Hij was een goede buurman, maar we hadden niet heel veel contact. Dunya kwam graag bij hem om de poesjes te knuffelen. Martijn kon het goed vinden met Dunya en andersom. Toch zagen we elkaar niet dagelijks, maar als we hem zagen, was hij ook heel erg aanwezig. We zaten bijvoorbeeld op de fiets naar huis, vlakbij de tunnel hoorden we een scooter achter ons toeteren. Ik haat dat. Als je er niet langs kunt, wacht dan even. Maar in dit geval was er genoeg ruimte. En hij toeterde maar door. Op het moment dat we werden ingehaald wist ik het ook meteen. Het was Martijn. Hilariteit bij ons, terwijl Martijn al bijna uit het zicht was. Of die keer dat Dunya tijdens het tandenpoetsen een schreeuw gaf, omdat ze niet wilde meewerken. Direct daarna hoorde ze de deur naast ons en ze rende naar de gang. “Oh, was jij dat?” vroeg Martijn. “Ik dacht dat het een tijger was!” Dunya kon niet meer stoppen met lachen.

Woordweb

Terwijl ik met de kleuters een woordweb maak, dwalen mijn gedachten steeds af naar Martijn. Hij was er vaker niet dan wel, maar als hij er was, dan was het leuk. Iemand die zo jong is en zo vol in het leven staat en het leven leeft, die ineens wegvalt, bijna letterlijk. Dat is zo onvoorstelbaar. Zo onvoorstelbaar, dat ik het me nog steeds nauwelijks kan voorstellen. Ik denk nog steeds als ik de deur hoor dat het Martijn is. Al weet ik dat het onze lieve buurvrouw met ons schattige buurmeisje is. Ik geloof nog steeds dat Martijn daar de hand in gehad heeft. Hij is er niet meer, maar als troost hebben we wel leuke buren terug gekregen.Toch verwacht ik hem nog steeds tegen te komen, in huis, op straat. Zo kort als hij naast ons woonde, zo vanzelfsprekend was zijn aanwezigheid en zo onwerkelijk is het dat we hem niet meer zien. Maar daarover gaat het woordweb niet. Waarover dan wel? Dat is moeilijk met kleuters. Geef mij maar een groep zes. Toch komen er wel leuke dingen uit. Over appels van de buren, over de appelboom, over dingen die ik niet begrijp. Maar heb blijft een lastig onderwerp. 

Pluk van de Petteflet

We maken huisjes, een dorp, we maken tekeningen over buren, we praten over wat we doen met de buren. Niet heel makkelijk blijkt wel. Veel activiteiten worden ingeleid met verhalen van Jip en Janneke. Dat zijn natuurlijk de bekendste buurkinderen. Maar ik bedenk me later dat ook Pluk van de Petteflet buren heeft, waarmee hij van alles beleeft. Dan is de Krakeling-les. Dan komt er eerst een actrice op school om wat dingen te vertellen en de kinderen voor te bereiden op de voorstelling. De kleuters zitten in het speellokaal op een bankje. De actrice vraagt wie er buren naast zich heeft, of boven zich of onder zich, of allemaal. En ze vraagt wie er leuke buren heeft, of enge buren, of vervelende buren. Er komen verhalen over een buurman die Dino-plaatjes spaart en over buren die dreigen de politie te bellen als kinderen niet zachter gaan spelen. Zucht. Wat hoor je dat toch vaak! Onverdraagzaamheid tussen buren. Je woont allemaal dicht op elkaar in Amsterdam. Dan hoor je elkaar lopen, dan hoor je elkaar praten, dan hoor je de deur. Kinderen maken geluiden, dat hou je niet tegen. Wat een drama om zo te moeten leven. Om op je tenen door het huis te lopen. Wij hebben een buurvrouw helemaal beneden die last van ons heeft op de trap. Ineens, na al die jaren. Ze weet ons wel te vinden als ze ziek is en medicijnen of boodschappen nodig heeft. Als haar fiets kapot is en ze op stap wil in het weekend. Als haar wasmachine stuk is en ze een was moet draaien. Maar als Dunya per ongeluk een stapje in haar tuin zet gaat ze schreeuwen. We sluipen de trap op tegenwoordig en de voordeur is speciaal voor haar voorzien van een dranger, waardoor die nu zachtjes sluit. Dat wij hem nauwelijks open krijgen omdat ie heel zwaar wordt door de dranger, nemen we op de koop toe. Maar verder ga ik niet. We leven hier. Als ze zich zo stoort aan haar buren moet ze iets anders zoeken. Buiten Amsterdam, waar meer ruimte is. Of op drie hoog gaan wonen. Ik heb nergens last van.

Geluiden in school

In de speelzaal bij de Krakeling-les, komt het onderwerp op geluiden. Wat hoor je van je buren en wat hoor je in huis? De kinderen gaan op de grond liggen met hun ogen dicht. Allemaal zijn ze heel stil. Ik ga er tussen liggen. Leuke opdracht is dit. Wat hoor je eigenlijk als je heel stil bent? Een school is vol geluiden. Het doet me denken aan het Houtwarming-project. Daar ging het om geluiden om de school, maar toen dacht ik ook dat je eens moest luisteren naar geluiden die je in de school hoort. Dit lijkt een beetje op wat ik bedoelde. Alleen beperken deze geluiden zich tot het speellokaal dat aan de andere kant van de school is en niet midden in het gebouw. Toch hoor je best veel geluiden. Schuivende stoelen boven ons. Een deur die zachtjes open en dicht gaat als iemand ontdekt dat het speellokaal bezet is, ondanks de stilte. De ademhaling van de zesentwintig kinderen in de zaal. Een kuchje, het borrelen van je buik. De regen die tegen het raam tikt. Auto’s die langsrijden. Ik zou de opdracht graag in verschillende ruimtes van school willen doen. Met verschillende leeftijden ook. Ontdekken wat kinderen allemaal horen.

Kaarsjes

We branden nog regelmatig kaarsjes voor Martijn in de kerk. Op de dag dat het twee jaar geleden is dat hij overleed, sta ik toevallig even bij de buren in huis. Ik kijk eens goed rond. Het is alsof Martijn hier nooit geweest is. Hem voel ik hier niet meer. Ik kan me nog redelijk voor de geest halen hoe zijn huis eruit zag, toen. De woningbouw heeft alles eruit gesloopt wat Martijn had gemaakt. In mijn hoofd is hij nog wel. Met de poezen gaat het goed. Ze hebben een fijne plek gevonden. Dat is een geruststelling. Soms krijgen we nog via via een foto van Louis en Saartje. Dan is Dunya in alle staten. “De poezen van Martijn!” Met de andere buren hebben we gelukkig een goed contact. De buurman van beneden komt af en toe eten en ook zijn vrienden staan voor ons klaar om ons te helpen als het nodig is. Als ik een groentetaart maak die Dunya niet eet, breng ik de helft naar beneden, zodat ze daar kunnen meegenieten.

Kinderbeestfeest

Nog steeds is Martijn vaak in mijn gedachten. Het Kinderbeestfeest 2014, dat was de laatste keer dat ik hem zag. Op het balkon. En het is nu twee jaar geleden dat hij overleed. Ik heb toen de hele zomer niet kunnen zingen in een koor, want ik kon door de tranen de teksten niet lezen. Na de zomer ging het wel weer. Maar ook daarna zijn we mensen verloren die we graag nog eens hadden ontmoet of gesproken. Die we nog niet wilden missen. Er zijn nog genoeg zondagen dat we een lied zingen dat opeens heel erg binnenkomt. En dan komen er toch weer tranen. Ook na twee jaar. En misschien ook nog wel na drie jaar. Maar ik wil vooral met een glimlach aan hem en die andere mensen terugdenken en daarom probeer ik de leuke herinneringen te bewaren. Over niet al te lange tijd krijgen we waarschijnlijk weer nieuwe buren. Het leven gaat door. Het huis is allang niet meer het huis van Martijn. Maar in onze herinnering is ie wel voor altijd onze vrolijke buurman. Mijn kleuters gaan een geweldige voorstelling beleven in de Krakeling. Ik hoop dat ik bij de evaluatieles ben, want de actrice komt nog een keer terug op school. 

7 jaar geleden

Ja! Ik zou graag vrienden zijn met al mijn buren. Waarom zo onverdraagzaam naar elkaar? Ik snap daar helemaal niks van!

7 jaar geleden

Mijn vroegere buurmeisje is mijn beste vreindin geworden. Toch grappig hoe verschillend buren kunnen zijn :)

7 jaar geleden

Jouw buurjongetje is kort geleden overleden en het is een kind. Dat is nog heftiger. Maar het overlijden van Martijn heeft mij diep geraakt. Het lijkt alsof hij hier nooit gewoond heeft, niemand heeft het over hem, maar in mijn gedachten blijft hij altijd onze buurman.

7 jaar geleden

Leuk zeg! Herinneringen moet je koesteren!