Snap
  • Kind
  • peuter
  • ontbijten
  • ontbijt
  • Slechte
  • eter

Uit het leven van een peuter : Het Ontbijt

Zo, het is ochtend. Ik ben inmiddels aangekleed en laat me lekker naar beneden dragen. Ja dat kan ik best zelf, maar dit is toch veel makkelijker?

We zijn beneden en ik word in mijn stoel gezet. Ik heb een speciale stoel, because i am AWESOME! Ik mocht wel in een gewone stoel zitten, net zoals papa, mama en Amber, maar ik vond dat maar niks. Saai, gewoontjes, niet bepaald begrippen die bij mijn sprankelende persoonlijkheid passen. Dus ik heb een hoop heisa gemaakt door mezelf steeds naar beneden van de stoel te laten glijden, waardoor mijn oude, vertrouwde, speciale kinderstoel weer van zolder is gehaald.

Dus daar zit ik dan. Papa vraagt wat ik en Amber (in een saaie stoel) willen eten: een boterham met smeerworst of met kaas.

‘KAAS MET MOSTERD!’ gil ik zo hard als ik kan. Ja ik eet mijn boterham met kaas graag met mosterd erop. Ik ben wat je noemt, een fijnproever.

Nou, daar wordt mijn boterham voor me neergezet, samen met een beker melk. Eigenlijk heb ik best honger! Ik neem enthousiast een hap, eet die lekker snel op, om vervolgens een slok melk te nemen. Nog een lekkere hap. Hmm, smaakt goed met die mosterd!

Zo, na 2 happen vind ik het wel mooi geweest. Ik ga eens lekker om me heen kijken. Oh daar zit Koneddie, mijn konijnenknuffel. Kijk dat snoezige gezichtje nou toch….en die lieve oortjes. Ik vraag me af of ze zin heeft in een wortel. Of zou ze liever een blaadje sla hebben? Met mosterd natuurlijk, want zonder mosterd is het maar…‘INDY!’ schudt mama me wakker uit mijn gedachten. ‘Zo hè hè, ben je eindelijk weer wakker. Je zit te dromen, kom op, neem eens een hap’.

Oh ja, ik zat te eten, dat is waar ook. Gedachteloos pak ik mijn boterham op. Hé, welk boekje ligt daar nou op tafel? Ik zie wat roze, mooie kleur. Jammer dat er geen roze in de regenboog zit. Zou het echt waar zijn dat er een pot met goud aan het einde van de regenboog is? Ik hou van goud. Goud heeft glitters. Ik hou ook van eenhoorns. En van die….’INDY!’ mama weer. ‘Stop nou eens een hap in je mond!’

Oh ja, ik zat te eten, dat is waar ook. Ik kijk naar mijn bord en zie dat mama mijn boterham inmiddels toch maar weer in kleine stukjes gesneden heeft. Dat doet ze in de hoop dat het sneller gaat, meestal tevergeefs. Ik pak een stukje en stop het in mijn mond. ‘Nu focussen hè Indy, gewoon even door eten’ zegt mama tegen me.

Ik begin te kauwen. Goed doorkauwen nu. Kauw Kauw Kauw Kauw, Kauw Kauw Kauw Kauw. Baby shark tu tu tu du du, Baby shark tu tu tu du du, Baby shark tu tu tu du du, Baby shark. Mommy shark tu tu tu du du…ik begin hardop te zingen. Amber doet vrolijk met me mee. Gezellig zo aan tafel!

‘DADDY SHARK TU TU TU DU DU!’ zingen we in koor.

‘AMBER EN INDY!’ roepen papa en mama, ook in koor. ‘Is het nu klaar? Jullie moeten echt door eten nu! We moeten over een kwartier weg! Amber is al bijna klaar, maar jij hebt nog meer dan een halve boterham Indy. Kom op nou, nieuwe hap’.

Zuchtend stop ik weer een hapje in mijn mond. Lekker pret maken aan het ontbijt zit er ook niet in hè. Blijkbaar is het een serieuze aangelegenheid. Ik begin weer te kauwen. Dan laat ik een scheet. HA HA HA dat is zó grappig! Amber moet ook heel hard lachen. Ik kijk vrolijk naar papa en mama. Mama doet dat ding waarbij de boos naar me probeert te kijken en daarna snel haar hoofd de andere kant opdraait, waarna ik haar wat hoor proesten. Papa doet dat ding waarbij hij me aankijkt en zegt: ‘Dat is niet zo netjes hè Indy, zeg maar even pardon’, maar hij is niet boos. Volgens mij vinden papa en mama scheetjes wel leuk. Dus ga ik er eens lekker voor zitten en doe mijn uiterste best om er nog eentje uit te werken. Ik bedoel, alles voor mijn publiek toch?

Tien minuten later.

Met veel pijn en moeite (van de kant van papa en mama, ik heb weinig moeite gedaan), is mijn bord dan eindelijk leeg. Precies op tijd. Mama pakt me uit mijn stoel terwijl ze zucht: ‘Je hebt weer niet zo goed doorgegeten hè Indy. Ga je morgen beter je best doen?’

‘Ja zeker mama, dat beloof ik’ zeg ik met mijn liefste stemmetje.

En hoewel we allebei weten dat het morgen weer precies hetzelfde zal gaan, geeft mama me een dikke knuffel en zegt: ‘Fijn lieverd’. Ik kom overal mee weg. Had ik al gezegd dat ik AWESOME ben?

3 jaar geleden

Hahah geweldig en zoooo herkenbaar!