Snap
  • Kind
  • Gezond

Tijd voor de jaarlijkse griepprik

Ieder jaar krijgt Dunya een griepprik. Dat is even vervelend, maar het voorkomt ook veel ellende. Geen benauwdheid en geen school missen.

Griepprik

“Doet het pijn?” vraagt Dunya een beetje bibberend. De arts of coassistent aarzelt. “Niet meer dan vorig jaar” zeg ik, terwijl ik Dunya plagend aanstoot. Ze is niet echt bang meer voor de griepprik, maar op het moment suprême is het natuurlijk wel een beetje spannend. We komen het ontmoetingspunt binnen, vlakbij de huisartsenpraktijk en naast/in de coffee company, waar ik altijd warme chocomel dronk als Dunya musicalles had.

Geen griep, wel hechtingen

Dunya stapt zonder aarzelen op onze huisarts af die aan een tafeltje zit te bellen. “Dat drankje dat ik heb gekregen is heel erg vies!” deelt ze mee. “Goeiemiddag, Dunya komt voor de griepprik” zeg ik er tussendoor. “Je drinkt het toch wel op?” vraagt de dokter aan haar. “Drama” zeg ik en maak een hopeloos gebaar. Er wordt gelachen. “Het moet wel hoor!” zegt ze tegen Dunya terwijl ze haar geboortedatum opschrijft. Uit het hoofd. Dan kijkt ze mij vragend aan. Ik schud mijn hoofd. “Ik hoef geen griepprik hoor. Ik word toch nooit ziek!” Een moeder bij school reageerde verrast. “Nou daar heb je geluk mee!” zei ze. “Tja, ik val van de trap, en van mijn fiets. Ik kan nog steeds niet goed traplopen door de valpartij in de aula, twee jaar geleden. En heb een jaar geleden drie hechtingen in mijn been gekregen. Dan maar liever een week griep!” antwoordde ik.

Druppeltje bloed

Dunya houdt de Doedels zoals elk jaar dicht tegen zich aan en dan haalt ze diep adem. Ik pak haar hand. “Knijp maar als het pijn doet!” zeg ik. Ze knijpt niet. Als de naald uit haar arm is kijkt ze en ziet ze een druppeltje bloed. “Oooh bloed!” roept ze. “Ja, je hebt een gat in je arm!” knik ik. Ze zucht en kijkt me boos aan. “Mama, overdrijf toch niet zo!” Ik herhaal alleen wat zij vorig jaar zei, maar nu is dat opeens zwaar overdreven. Ik moet wel met mijn tijd meegaan. “Krijg ik een mooie pleister?” Oei, met man en macht wordt er gezocht naar een leuke pleister, maar die is nergens te vinden. Ze kijken schuldbewust dat ze die vergeten zijn. “Als je weer in de praktijk komt, krijg je alsnog een mooie pleister oké? Dan krijg je nu een gewone.” Dat is ook goed.

Favoriete huisarts

We zijn overgegaan naar een kleinere praktijk. Eén huisarts maakte zich los uit de grotere praktijk en ging kleinschalig verder. Onze favoriete huisarts, die zo goed met kinderen om kan gaan, ging mee. Dan zat er voor ons niets anders op dan hen te volgen. Ik vond het wel jammer om de grote praktijk te verlaten. We voelden ons daar goed. Maar nu we bij de kleine praktijk horen, bevalt het me eigenlijk veel beter. Iedereen kent ons en we hebben met iedereen een band. Korte lijntjes ook.

Terugbelafspraak

Ze werken met een terugbelsysteem. In noodgevallen krijg je meteen iemand aan de lijn en anders word je op korte termijn teruggebeld. Ik bel voor de uitslag van een onderzoek. Had al een gemiste oproep, dus ik neem zelf contact op. Ik krijg een automatische terugbelafspraak en als ik gebeld word overleg ik met een arts over wel of geen kuur voor Dunya. Als we eruit zijn hang ik op en direct gaat mijn telefoon weer. Dit keer onze favoriete dokter. We overleggen nog even. Vlak voordat ik wil ophangen grist Dunya mijn telefoon uit mijn handen en begint een heel verhaal over yoga. Even later gaat opnieuw mijn telefoon. Weer een andere arts. “Je wilde teruggebeld worden” zegt ze. Ik schiet in de lach. “Dat is nummer drie. Heel goed dat jullie zo alert zijn!” De arts aan de andere kant lacht ook. Gemoedelijk en vriendelijk vind ik het hier. Geen spijt van onze overstap.

Vies drankje

Dunya klaagt nog even over een pijnlijke arm, maar ze is ook trots op zichzelf. Ze heeft het toch maar mooi gedaan en zonder drama. Sinds vorig jaar gaat dat goed. Ik ben ook trots op haar. We drinken nog even warme chocomel en Dunya rent nog even heen en weer naar de dokters om te knuffelen, te kletsen en haar verhalen te delen. “De andere dokter mist me” lacht Dunya als ze terugkomt. “Kunnen we een keer bij hem langs?” vraagt ze. “Natuurlijk. Maar jij wilt altijd naar dezelfde dokter. Omdat je daar zo gezellig mee kunt kletsen!” zeg ik. Vroeger, toen ze nog benauwd was, kwamen we altijd bij hem. Hij stuurde ons dan naar het ziekenhuis omdat ze verneveld moest worden. Tegenwoordig zijn de klachten waarvoor Dunya komt gelukkig minder erg. En ze is ook zo weer beter. Al dan niet met vies drankje. Gelukkig kan ze gewoon naar school, want een schooldag missen is natuurlijk nog erger dan een griepprik halen.