Snap
  • Bevallingsverhalen

De wereld die neonatologie heet.

Mijn kind was ziek

Het was net na middernacht toen ik wakker schrok. Op dat moment moment was ik bijna 39 weken zwanger. Aan het natte bed te voelen constateerde ik dat mijn vliezen waren gebroken. Jan stond gelijk naast het bed. We keken elkaar aan; en nu dan? 

Ik ging naar het toilet met een handdoek tussen mijn benen, ving wat water op en we zagen dat het helder was. Nog wat slaap pakken en wachten op de weeën. Het wachten duurde echter lang. Zo lang dat we medisch werden en ik waarschijnlijk zou worden ingeleid, als het ziekenhuis plek had. 

Gelukkig deed mijn lijf het toch. De weeën kwamen. Alsof mijn lijf zich aan het compenseren was voor al die uren daarvoor zat ik vrijwel direct in een weeën storm, niet wetende dat dit door zou blijven gaan tot mijn zoon geboren was. 

Halverwege zijn we naar het ziekenhuis gegaan voor een ruggenprik. Erg welkom voor mij. 

Vlak na de ruggenprik werd ik ziek. Ik kreeg hoge koorts en daarvoor antibiotica. Ik weet nog dat ik dit vreemd vond. Maar ik voelde mij erg ziek en vroeg me ook af hoe in ooit dat kind uit mij kon persen terwijl ik mij zo moe en ziek voelde.

Toen ik genoeg ontsluiting had kreeg ik wee opwekkers en werd de pijnstilling omlaag gebracht. Na 2 uur persen (met jawel een weeënstorm) kon mijn man onze zoon eindelijk opvangen en werd hij op mijn borst gelegd. 

Ik keek naar het wonder op mijn buik. En zag dat hij vreemd ademde. Dit zei ik tegen de verloskundige. Ze keek even en zei, nee hoor  gaat goed hij is mooi roze. 

Vlak daarna werd hij marmergrijs. Hij werd van mijn borst geplukt. Ze constateerde dat hij koorts had en ademhalingsproblemen. Hij werd gelijk meegenomen. Vader moest mee want die moest beslissingen maken. 

De kamer liep leeg, Ik was lamgeslagen en bleef alleen achter. 

Ik kon niet huilen, was niet in paniek, Ik was niets op dat moment. Achteraf gezien vindt ik dit heel erg. Ik was ervan overtuigd dat ik hem niet weer zou zien. Achteraf gezien hadden ze mij nooit alleen mogen laten zonder iets van informatie. 

Na een lange tijd kwam mijn man terug met de boodschap dat hij op de neonatologie lag. Hij had een infectie omdat de vliezen te lang waren gebroken. Hij lag aan verschillende monitoren voor de vitale fucties, had een infuus en lag aan het zuurstof. Ik werd er met bed en al heen gereden.

Daar lag ik dan, naast een doodziek kind. MIJN kind. Ik mocht hem niet vasthouden en aaide over zijn neusje. Chaos in mijn hoofd. Dit gebeurd toch niet? En nu dan? 

Ik met bed werd terug gereden naar mijn kamer aan de andere kant van het ziekenhuis. Toen we daar waren stortte ik in. Jan keek mij ernstig aan; "Ik denk dat we nog maar even moeten wachten met het geboortekaartje"  ik keek hem geschokt aan en vroeg of hij bang was dat onze zoon het niet zou overleven. Hij knikte en we hielden elkaar vast. 

Helaas is er in het ziekenhuis op gebied van communicatie alles mis gegaan wat mis kan gaan. Wij wisten niet welke medicatie hij kreeg en wanneer dat was gestopt. Dagen later hoorden we dat hij een navelstrengomstrengeling heeft gehad, de uitslag van de bloedtest was kwijt en hij dronk niet goed. 2 weken later bleek dat dit kwam door een verkort tongriempje. Niemand had daar naar gekeken. Maar had wel commentaar op mij. Ik zou hem niet goed en vooral niet snel genoeg voelen. 

Deze periode voelde ik mij knap waardeloos. Ik schoot overal tekort. Ik kon en mocht niet zelf lopen, Ik was kapot. En ik wist, ons kind is het minst zieke kind van de afdeling. we mogen in onze handen knijpen. Maar, dit maakt het niet minder erg. 

Weken en zelfs maanden later is de maatschappelijke norm nog steeds; hij doet het nu toch goed? Je hebt er toch iets moois voor terug gekregen? 

Dat weet ik,en geloof me. Ik hou van mijn zoon en ben ontzettend gelukkig dat hij er is. En ja, het had veel erger kunnen zijn. In deze periode heb ik onwijs veel respect gekregen voor al die andere sterke papa's en mama's op deze afdeling die hier soms maanden zijn. Maar, verdriet en pijn moet niet met elkaar vergeleken worden. Als dit gebeurd en jouw gevoel klein wordt gemaakt doet dit afbreuk aan jou als persoon. 

Ze zijn er nooit achter gekomen waarom hij zo ziek was. Ik ben erg dankbaar dat wij in het ziekenhuis waren en dat ze daar zijn leven hebben gered. 

Deze periode heeft er voor gezorgd dat ik momenteel met een depressie thuis zit. Ik wil die sterke mama zijn die de hele wereld aan kan. Ik hoop dat ik dat ooit mag worden.